Met kinderen over seks praten.
Opvoeding is zowiezo een hachelijke onderneming. Seksuele opvoeding vormt een belangrijk onderdeel hiervan. Het is belangrijk dat ouders maar ook andere opvoeders een open houding hebben in het praten over seksuele dingen. Iedereen kan te maken krijgen met seksuele vragen van kinderen maar ook al snel dienen er zich een aantal seksueel gebonden opvoedingsproblemen aan.
Seksuele levensloop
Als u onvoldoende kennis heeft over de gemiddelde seksuele ontwikkeling, kan het gebeuren dat u bepaald gedrag beoordeelt als problematisch, terwijl dat voor een bepaalde leeftijd juist heel passend gedrag is. Denk bijvoorbeeld aan kinderen die doktertje spelen. Het kan ook gebeuren dat u problematische seksuele ontwikkelingen per ongeluk over het hoofd ziet.
De seksuele levensloop begint al bij de conceptie en loopt door tot aan het eind van iemands leven. Op onderstaande website vindt u een beschrijving van onder meer gedrag, gevoelens, risico’s, lichaamsbeeld en genderidentiteit. De seksuele ontwikkeling vindt plaats in een context van biopsychosociale factoren. Ook deze worden hier beschreven. Meer info vindt u hier ‘Van alle leeftijden, de seksuele levensloop van conceptie tot overlijden’, door Hanneke de Graaf (Rutgers WPF, 2013). Klik hier voor een overzicht van de bronnen die voor dit onderzoek zijn gebruikt.
Ouders onderschatten hun kinderen als het op seksuele interesse en activiteit aankomt en praten te weinig over seks met hun kinderen. Dat schrijft ook J/M, een Nederlands magazine voor ouders. Amper 16% van de ouders denkt dat hun 16-jarige zoon of dochter al seks gehad heeft, terwijl de helft het op die leeftijd al gedaan heeft. 53 procent van de ouders van 16-jarigen denkt dat hun kind als eens heeft getongzoend, terwijl 83 % van de zestienjarigen dat al deed.
En ook als het op verliefd zijn (67 procent volgens de ouders tegenover 87 procent in werkelijkheid) en pornoblaadjes (8 procent tegen 22 procent) aankomt, onderschatten ouders hoe actief kun kinderen zijn. De cijfers komen uit een onderzoek waarvoor bijna 700 ouders van kinderen tussen de vier en zeventien jaar ondervraagd werden.76 procent van de ouders vindt wel dat kinderen veel te jong met seks bezig zijn. Amper 8 procent maakt zich geen zorgen over de invloed van de huidige seksuele moraal op hun kinderen. Het moeilijkst bespreekbare onderwerp is homoseksualiteit, dat door bijna een op drie ouders wordt doodgezwegen.(Nieuwsblad 24/08/2013)
Hoewel het een onderzoek is bij Nederlandse ouders, gaan dezelfde cijfers ook op voor Vlaanderen. “Gesprekken met ouders en andere studies hieromtrent bevestigen dat ook Vlaamse ouders niet veel wijzer zijn over het seksleven van hun kinderen”, zegt Lies Verhetsel van het Vlaams expertisecentrum voor seksuele gezondheid, Sensoa. “Vaak is dit omdat ouders gewoon niet verwachten dat hun kind hier al mee bezig is. Voor hen is het nog steeds hun ‘kleintje’. Maar ook veel ouders wíllen hier gewoon niet meer over weten. Net zo min als kinderen willen weten hoe hun ouders vrijen. En kinderen verbergen het zelf ook heel erg. (HLN 24/08/2013)
Vaak roepen ouders naar kinderen dat ze nooit naar hen luisteren. Dit gaat niet op voor seks. Uit ouder onderzoek blijkt dat bijna de helft van de jongeren (45 procent) beschouwt de eigen ouder als seksuele rolmodellen. Dat is meer dan de invloed van vrienden (32 procent) en celebrities (22 procent), zo toont een studie aan de Universiteit van Montréal aan. Rock- en filmsterren hebben dubbel zoveel invloed al tv- en sportsterren (15 versus 7 procent). Jean-Yves Frappier ondervroeg 1.171 tieners tussen 14 en 17 jaar oud en 1.139 moeders over gezonde seks, communicatie en informatie over gezonde seks, de manier waarop het gezin fucntioneert en seksuele activiteit.
Wat je wel kan doen, is je kinderen van jongs af aan een duidelijk antwoord geven op hun vragen. “Soms vragen kinderen dingen als Ik heb een piemeltje en mijn zusje niet of De juf is zwanger, hoe kan dat?”, zegt Cruysaert. “Als ouder ontwijk je die vragen best niet, maar je probeert op maat van het kind uit te leggen wat er aan de hand is. Later komen kinderen dan makkelijker bij hun ouders om raad vragen, omdat ze weten dat er een open communicatie is. Het is een continu proces, dat begint niet pas op dertien jaar”.
“Kinderen vragen soms ook rare dingen op verkeerde momenten”, zegt Lies Verhetsel, beleidsmedewerker bij Sensoa. “Het is niet verkeerd om op zo’n moment te zeggen dat je nu even geen antwoord kan geven”. Aan de kassa van de supermarkt hoef je dus niet uit te leggen wat condooms zijn, maar kom er zeker thuis even op terug.
Veertien jaar
Als ze klein zijn, gaan kinderen er nog van uit dat hun ouders alles weten, maar vanaf veertien jaar loopt de communicatie wat moeilijker. “Jongeren trekken dan meer naar hun leeftijdsgenoten”, zegt Lies Verhetsel. “Je kan alleen maar zorgen dat ze weten dat ze met hun vragen bij jou terecht kunnen”. En dan nog kan je als ouder niet verhinderen dat ze hun vragen op internet stellen en daar minder fijngevoelige antwoorden krijgen. “Leer je kinderen om kritisch te zijn”, zegt Verhetsel. “Leer hen de reflex om te denken dat wat ze op internet zien of lezen, niet altijd klopt – stel de vraag Is dat wel echt zo? Dat geldt trouwens niet alleen voor seks, maar voor alles”.
“Een gesprek over seks voer je ook niet uit het niets, maar probeer concrete aanleidingen te gebruiken”, zegt Cruyssaert. “Als je puber van zestien zegt Dat meisje is een slet, vraag hem dan waarom. Dat soort concrete aanknopingspunten kan helpen om een gesprek op gang te brengen dat minder onaangenaam is dan het grote gesprek waarbij iedereen zich ongemakkelijk voelt”.
Bron
https://www.seksuologischehulpverlening.info/problemen-seksuele-opvoedingseksualiteit-kinderen