Het aantal verkrachtingen neemt toe
SEKS- EN RELATIEONDERZOEK
Goesting. Wraak. Sadisme. Een verkrachter kan veel verschillende motieven hebben. Maar
experts stuiten heel vaak op opportunisme en goedpraterij. ‘Ze genoot ervan, maar toen kreeg ze spijt. Zij begon me te kussen, waarom moest ik dan stoppen?’
‘Ik ben een verkrachter.’ Heel weinig daders die zo ver durven te gaan om toe te geven dat ze een vrouw hebben verkracht.
‘Kijk je in het hoofd van een verkrachter, dan stoot je niet altijd op geweld of sadisme, maar veel vaker op opportunisme en goedpraterij. Denkfouten als: ‘‘Ze genoot ervan, maar toen kreeg ze spijt. Zij begon me te kussen, waarom moest ik dan stoppen?’’,’ zegt Wim Huys, psycholoog in het Universitair Forensisch Centrum (UFC) in Antwerpen, dat zedendelinquenten behandelt.
Slechts twintig tot dertig procent van de verkrachtingen wordt door een onbekende gepleegd, zo leren de onderzoeken. Dat zijn wel de zaken die de krantenkolommen halen. Verkrachtingen in huiselijke situaties blijven vaak binnenskamers. Dat zijn ook de afspraakjes waarbij de vrouw zich vergist in de bedoelingen van de man. “Naarmate het slachtoffer onbekender is, wordt er meer geweld gebruikt. Binnen een relatie is er meer sprake van dwang.”
De wet is nochtans helder: verkrachting is het ongewenst seksueel binnendringen van het lichaam door een ander. Maar bij gebrek aan objectieve bewijzen wordt dat in de rechtbank woord tegen woord.
Ongeveer de helft van de aangiftes (3.147 in 2013) strandt op een seponering. In een absolute minderheid komt het tot een veroordeling. Uit een onderzoek van Danièle Zucker (2009) blijkt dat op de 100 dossiers er slechts vier geleid hebben tot een effectieve veroordeling.
30.000 verkrachtingen
De verkrachter in de bosjes die met geweld zijn slachtoffer verkracht, vormt een minderheid. Bij de meeste verkrachtingen is er een link tussen dader en slachtoffer, wat de aangiftebereidheid verlaagt en de discussie over eventuele toestemming bemoeilijkt.
Filip De Reuse, die als advocaat geregeld optreedt voor zedendelinquenten, ziet zelden schuldbesef als een vermeende dader zijn kantoor binnenstapt. ‘Wat gaat het mij kosten en hoe kom ik er zo goedkoop mogelijk vanaf? Dat is vaak de belangrijkste vraag.’
De Belgische cijfers die de Vrouwenraad, de koepelorganisatie van vrouwenbewegingen, onlangs bekendmaakte, zijn schokkend. Ze gaan ervan uit dat slechts één op de tien vrouwen in ons land aangifte doet. Dat zou betekenen dat er in België jaarlijks meer dan 30.000 verkrachtingen gebeuren, ofwel bijna honderd per dag.
Wie zijn dan die honderd daders? ‘Zonder te willen minimaliseren, lijkt mij dit een nogal ruime schatting’, zegt psychiater Nils Verbeeck, verbonden aan Fides in Beernem, één van de drie residentiële centra voor behandeling van seksuele delinquenten.‘Maar ik geloof wel dat het aantal verkrachtingen toeneemt. Het precieze cijfer doet er ook minder toe: elk slachtoffer is er een te veel.’
Opportunist of sulletje
Schuilt er in elke man een potentiële verkrachter? ‘In principe wel’, vindt Nils Verbeeck. ‘Maar de sociaal-culturele achtergrond speelt een belangrijke rol. We zien meer daders in lagere sociale klassen, in milieus waar agressie heerst. Alcohol is vaak een trigger. En heel veel daders zijn zelf ooit slachtoffer geweest.’
Grosso modo zien experts vier types verkrachters. Mannen die plezier ervaren in dwang en vernedering. Ze raken opgewonden door het geweld, zoals serieverkrachter Ronald Janssen. Daarnaast is er de alfaman, gekenmerkt door zelfoverschatting, zegt Kris Vanhoeck, coördinator van Iter, een ambulant centrum voor de aanpak van seksueel overschrijdend gedrag. ‘Ik ben het, ik heb het en ik doe wat ik wil’. Iemand zoals Dominique Strauss-Kahn, maar het kunnen ook minder machtige figuren zijn. Een man kan zich ook één avond oppermachtig voelen en overgaan tot een daterape.’
Het derde type is het sulletje bij wie relaties niet willen lukken. Een man met een minderwaardigheidscomplex die verkracht uit frustratie en onmacht. Dit is het type verkrachters dat zich verstopt achter een boom aan het kanaal.
Ten slotte is er de draaideurcrimineel, bij wie het verkrachten in zijn crimineel patroon past. Dat laatste type komt zelden in de hulpverlening terecht.
‘De meeste verkrachtingen komen voort uit opportunisme’, zegt Nils Verbeeck. ‘De gelegenheid speelt een belangrijke rol. Een jongen heeft bijvoorbeeld een date. Het is leuk, ze drinken nog iets bij haar thuis. Voor hem is dat de reden om verder te gaan, zelfs als het meisje niet wil.’
Veel daders schrikken bij een aangifte. ‘Ze weten soms niet dat ze over een grens zijn gegaan’, zegt Wim Huys, ‘en lijken dat pas bij de aangifte te beseffen, zeker wanneer de feiten in een relationele context plaatsvonden.’
Bijkomende moeilijkheid: sommige vrouwen verstijven bij een nare seksuele ervaring. ‘Niet elke vrouw zal zich met hand en tand verdedigen’, zegt advocate Iris Exelmans. ‘Dat kan achteraf tegen het slachtoffer gebruikt worden: “Zie je wel dat ze het leuk vond?” En anderzijds: niet elke nare seksuele ervaring is een verkrachting.’
Een etiket dat blijft kleven
Voor een magistraat zijn zedenzaken de moeilijkste die er zijn. Maar zelfs na een veroordeling, blijft een schuldbekentenis vaak uit. ‘Wegens het stigma dat er bijhoort’, zegt Kris Vanhoeck. ‘Verkrachter is een etiket dat blijft kleven. We zien regelmatig mannen die wel kunnen toegeven dat ze te ver zijn gegaan, maar niet dat ze een verkrachter zijn.’
Een man die wel toegeeft dat hij een vrouw gedwongen heeft tot orale seks, vindt zichzelf daarom geen verkrachter. Een man die zijn eigen vrouw tegen haar zin dwingt tot seks, evenmin. ‘Wij gaan daar tijdens een behandeling niet op door’, zegt Vanhoeck. ‘Therapie dient om gedrag bij te sturen.’
Schuldinzicht
Is schuldinzicht essentieel voor therapie? In het Antwerpse UFC vinden ze net als in Beernem van wel. Er moet een minimum aan schuldbesef zijn voor daar een behandeling wordt opgestart.
Kris Vanhoeck denkt daar anders over. ‘Waarschijnlijk komt het voort uit een christelijke overtuiging dat er eerst een schuldbekentenis moet zijn en dat daarna pas aan herstel kan worden gewerkt. Voor mij is het vertrekpunt voor therapie dat een wet overtreden is en er schade is aangericht. Therapie kan er dan toe bijdragen over dat gedrag na te denken om herhaling te voorkomen.’
Recidive
Werkt een behandeling ook? ‘Wegens de onderrapportering van verkrachting zijn recidivestudies een heikel punt’, zegt Wim Huys. ‘Ongeveer 19 procent van de verkrachters hervalt in een seksueel delict. Dat cijfer wordt drastisch verhoogd door de groep verkrachters met psychopatische kenmerken. Zeker in combinatie met een seksuele voorkeurstoornis hebben psychopaten een groot risico op recidive.’
‘Mede door therapie kan dit cijfer van 19 procent meer dan gehalveerd worden’, stelt Kris Vanhoeck.
Maar over het herval van verkrachters in een relationele context is veel minder geweten. Hulpverleners benadrukken het belang voor slachtoffers om aangifte te doen, In een opiniestuk dat hij deze week in De Standaard schreef, pleit Kris Vanhoeck ervoor dat we als maatschappij een taal moeten vinden om verkrachting een plaats te geven.
‘Een verkrachter is niet altijd een monster’, zegt hij. ‘Verkrachting is “des mensen’” Hoe bitter dit ook klinkt, het is misschien een stap naar een maatschappelijk spreken dat nuancering en duiding toelaat. Daardoor wordt het ook voor slachtoffers gemakkelijker om met hun verhaal naar buiten te komen. Gelukkig zijn niet alle slachtoffers voor het leven getraumatiseerd, maar dat maakt verkrachting er niet minder strafbaar op.’
Negen types
Vanaf eind jaren zeventig ontwikkelden Knight en Prentky een classificatiesysteem voor verkrachters: de MTC-R (Massachusetts Treatment Center – Rapist Typology).
De opportunistische verkrachter is zo’n man die in een relatie toeslaat. Hij heeft bijvoorbeeld te veel gedronken en maakt misbruik van het slachtoffer. Of er is sprake van huiselijk geweld. De wraakzuchtige en seksualiserende verkrachters zijn de mannen die de straat op gaan om een slachtoffer te zoeken. De laatste groep is enkel op seks uit en gebruikt zelden geweld om dat te krijgen. Ze houden vaak rekening met het slachtoffer, maar oefenen wel druk uit.
Het type verkrachter die voor de meest gewelddadige zaken verantwoordelijk is, handelt veel impulsiever. De zogenoemde gelegenheidsverkrachter slaat plotseling toe en pleegt volgens de twee psychotherapeuten ook andere misdrijven. Deze daders zijn vroeger vaak gepest op school en pleegden al jong strafbare feiten.
Uiteindelijk kwamen ze tot een classificatie van negen types verkrachters, die de basis vormen in de hedendaagse hulpverlening.
• De eerste twee zijn opportunisten. Ze verkrachten als de gelegenheid zich voordoet, bijvoorbeeld een dief die ’s nachts inbreekt in een huis en er een vrouw in bed aantreft. De verkrachting is een impulsieve, ongeplande daad die vooral bepaald wordt door de situatie.
• Het derde type is gemotiveerd door een algemene boosheid tegenover vrouwen en mannen, maar het slachtoffer is meestal een vrouw. Hun leven kenmerkt zich door geweld en problemen in impulscontrole. Het geweldgebruik bij de verkrachting is niet noodzakelijk voor de controle, maar wordt ook overbodig ingezet als het slachtoffer zich niet verzet. Ook bij dit type is er geen sprake van delictplannen of seksuele fantasieën.
• De seksueel gemotiveerde types worden beheerst door seksuele fantasieën en pornografie. Ze voelen een sterke seksuele drang om te verkrachten en plannen hun daad zorgvuldig. Sommige van deze daders hebben sadistische motieven.
• Type acht en negen zijn de wraakzuchtige types. Vrouwen lijken de exclusieve focus van hun boosheid. Ze willen vrouwen vernederen, ook verbaal.
Bron : De Standaard 11/04/2015 Auteur : Eline Bergmans
Bronnen
https://www.ed.nl/eindhoven/drang-om-te-verkrachten~a5cc15b4/