De sympathie en tactieken van daders en verontschuldigbaarheid van de seksuele (mis)daad
In een recent onderzoek gepubliceerd in Sex Roles , onderzochten onderzoekers hoe de
aantrekkelijkheid van een dader en het type tactiek dat wordt gebruikt bij een seksuele aanval (dwang of geweld) de publieke perceptie van schuld en verantwoordelijkheid beïnvloeden.
De #MeToo-beweging heeft de aandacht gevestigd op het probleem van seksueel geweld, met name door bekende personen, maar de verantwoordingsplicht voor daders blijft inconsistent. Onderzoeken hebben aangetoond dat de kenmerken van daders, zoals sympathie, hen kunnen beschermen tegen volledige verantwoording.
Uit eerder onderzoek is gebleken dat sympathieke personen, met name in openbare of professionele settings, vaak positiever worden waargenomen en minder snel de schuld krijgen van wangedrag. De studie van Tessa R. Graf en Laurel B. Watson bouwt hierop voort door te testen of deze trend zich uitstrekt tot gevallen van seksueel misbruik en of de specifieke tactiek (dwang of geweld) die de dader gebruikt ook een rol speelt bij het vormen van deze percepties.
De studie omvatte 278 deelnemers die online werden gerekruteerd via de platforms Amazon Mechanical Turk en Prolific. Deelnemers waren voornamelijk blanke, cisgender, heteroseksuele vrouwen, waarvan een aanzienlijk deel ten minste enige universitaire opleiding had afgerond.
Deelnemers werden willekeurig toegewezen om een van de zes vignetten te lezen, elk met een seksueel misbruikscenario tussen twee kennissen. De vignetten varieerden op twee belangrijke manieren: de sympathie van de dader (beschreven als sympathiek, neutraal of onsympathiek) en de tactiek die werd gebruikt bij de aanval (dwang of geweld).
Bijvoorbeeld, in de dwangconditie beschreef het scenario dat de dader de overlevende onder druk zette om seksuele handelingen te verrichten door middel van niet-fysieke middelen, terwijl in de krachtconditie de dader de overlevende fysiek dwong tot onderwerping. Deelnemers werd gevraagd om zich het scenario voor te stellen en vervolgens een reeks vragen te beantwoorden om hun percepties van zowel de dader als de overlevende te beoordelen.
De enquête omvatte metingen van de schuld van dader en overlevende, evenals hoeveel verantwoordelijkheid de dader zou moeten dragen in zijn persoonlijke, professionele en juridische leven. Deze metingen waren ontworpen om de oordelen van deelnemers over het incident vast te leggen, inclusief of ze dachten dat de dader juridische repercussies of publieke vernedering zou moeten ondergaan, en in hoeverre ze geloofden dat de overlevende verantwoordelijk was voor wat er gebeurde.
De onderzoekers ontdekten dat zowel de sympathie van de dader als de gebruikte tactiek de perceptie van schuld en verantwoordelijkheid van deelnemers beïnvloedden. Daders die als sympathiek werden beschreven, kregen aanzienlijk minder schuld voor de aanval, terwijl overlevenden in deze scenario’s vaker de schuld kregen van de deelnemers.
Omgekeerd werden onsympathieke daders zwaarder verantwoordelijk gesteld voor de aanval, en deelnemers toonden meer steun voor het verantwoordelijk houden van deze personen, zowel persoonlijk als professioneel. Dit suggereert dat sympathie fungeert als een beschermende factor voor daders, zelfs in gevallen van seksueel misbruik.
Het type tactiek dat bij de aanval werd gebruikt, had ook invloed op de oordelen van de deelnemers. Daders die dwang gebruikten, werden milder beoordeeld dan daders die geweld gebruikten. Niet alleen kregen dwangdaders minder de schuld, maar de overlevenden in deze scenario’s kregen ook meer de schuld vergeleken met overlevenden in de geweldscenario’s.
Er werd geen significante interactie gevonden tussen aardig gevonden worden en tactiek, wat aangeeft dat deze factoren onafhankelijk van elkaar de perceptie van schuld en verantwoordelijkheid vormen.
Deze resultaten benadrukken de complexiteit van de publieke perceptie van seksueel misbruik en laten zien hoe vooroordelen op het gebied van persoonlijkheid en gedrag de roep om gerechtigheid kunnen verminderen.
Eén beperking is dat men afhankelijk is van korte verhalen om complexe, realistische scenario’s weer te geven. Hierdoor worden de nuances van daadwerkelijke ervaringen met seksueel misbruik mogelijk niet volledig vastgelegd.
De studie, “Who Gets Canceled for Sexual Assault?: The Roles of Likeability and Tactic on Perceived Perpetrator Accountability”, werd geschreven door Tessa R. Graf en Laurel B. Watson.
Bronnen