Mannen willen liever met mannen over hun seksproblemen praten. Meer mannen moeten over seks studeren!’

Geschatte tijd om tekst te lezen: 6 minu(u)t(en)
Jeugd verkiest romantiek boven seks
Universiteitsbreed keuzevak: seksualiteit van a tot z

SEKS- EN RELATIEONDERZOEK

Onderzoek heeft aangetoond dat mannen sowieso weinig beroep doen op psychologen en

Photo by Pablo Heimplatz

therapeuten wanneer ze psychische problemen zoals depressie, stress, enz. hebben. Vrouwen vinden het veel gemakkelijker om over emoties, gevoelens of persoonlijke zaken met hulpverleners te praten.

Wanneer het gaat om seksuele en relationele problemen ligt dat nog veel moeilijker. Vooral bij typisch mannelijke seksuele problemen zoals erectiestoornissen, te vroege ejaculatie, geen of te veel zin in seks, (internet)pornoverslaving, of bijzondere afwijkende en/of moeilijk bedwingbare seksuele fantasieën, pedofilie, BDSM-wensen, naar een parenclub willen, exhibitionisme, enz. stapt een man niet zo makkelijk naar een vrouwelijke hulpverleenster.

Zelfs bij ogenschijnlijk gemakkelijker bespreekbare dingen zoals relatieconflicten naar aanleiding van verschillen in mening binnen het koppel, bij overspel van een partner, of verliefdheid op iemand anders, … lukt het vaak niet om mannen te overtuigen om naar een seksuologisch geschoold therapeut te stappen omdat ze dan meestal bij een vrouw terecht moeten. Ook in de verplichte hulpverlening (forensische seksualiteit) bij seksuele misdrijven zoals verkrachting, seksueel misbruik van kinderen, enz. komen mannen nu bijna altijd bij vrouwelijke therapeuten terecht.

Naast het emotioneel meer gesloten zijn van mannen voor gesprekstherapie, is de vervrouwelijking van de hulpverlening voor velen een hoge drempel.

Hoewel er wel een aantal mannelijke psychologen en seksuologen zijn, is er een onevenwicht ten nadele van mannelijke seksuologisch gevormde hulpverleners. Dat wil niet zeggen dat vrouwen niet neutraal en professioneel met dit soort dingen kunnen omgaan, en sommige mannen voelen zich misschien juist beter bij vrouwelijke therapeuten, maar er zijn nu eenmaal mannen die toch liever over typisch mannelijke sekszaken met een man willen praten. Zowel Amerikaans als Nederlands onderzoek heeft dit uitgewezen.

Wie naar de website www.seksuologen-vlaanderen.be , de portaalsite van de Vlaamse seksuologen, surft, treft daar op een bestand van 95 seksuologen, amper 12 mannelijke seksuologen aan, waarvan een aantal mannen niet eens als vrij consulteerbaar therapeut werkzaam zijn, maar hetzij in onderwijs of intern in een ziekenhuis actief zijn.

Gerard Gielen, pedagoog-seksuoloog, werkt als lector in de UCLL (voorheen KHLim) in de opleiding bachelor orthopedagogie en is coördinator van de opleiding seksuologische hulpverlening. “Ik heb omwille van te drukke onderwijsberoepsbezigheden geen eigen praktijk, maar krijg toch gemiddeld per week 3 telefonische aanvragen voor een afspraak van mannen, die expliciet met een mannelijke seksuoloog willen praten. Van vrouwelijke cliënten heb ik nog nooit een aanvraag gehad. Ik sta op een aantal internetzoeksites van seksuologen, en hoewel er bijstaat dat ik enkel onderwijs en beleid rond seksualiteit doe, nemen mannen toch initiatief om me te contacteren en vragen of ik voor hen geen uitzondering wil maken.

De betrokken mannen zitten dan met problemen zoals (het vaakst!) geen erectie meer krijgen, teveel zin in seks. Soms ook delicate fantasieën zoals voorkeur voor kinderen of heel jonge meisjes. Of rare interesses zoals behoefte aan plasseks of voyeurisme. Iemand had schroom om met meisjes in contact te komen en wist niet hoe seksuele avances te maken en wilde daar eens met een mannelijke seksuoloog over kunnen praten. Een man vertelde aan de telefoon dat hij smoorverliefd was geworden op een andere vrouw maar tegelijk nog stapel was op zijn eigen vrouw (die van niets wist) en daar wilde hij met een man over kunnen babbelen. Hij wist niet wat doen. Hij had schrik dat een vrouwelijke hulpverleenster zijn dubbelspel meteen zou veroordelen en hem alleen maar van ontrouw en bedrog t.o.v. zijn eigen vrouw zou beschuldigen.

Een aantal mannen vinden dat hun partner te weinig zin in seks heeft en dat zouden ze graag anders willen zien. Het kan dan helpen om van een mannelijke hulpverlener te vernemen dat dit verschil in seksueel verlangen tussen beide partners in een langere relatie een normaal gegeven is én dat een andere manier van kijken naar verlangen constructiever kan zijn.

Een aantal mannen met seksuele of relationele problemen denken, ten onrechte overigens, dat vrouwelijke hulpverleners bij relatietherapie alleen maar voor de vrouwelijke partner partij zullen kiezen. Of ze voelen zich te verlegen om over ‘mannenzaken’ met een vrouw te praten.

Een specifiek probleem stelt zich ook bij bepaalde religies. Zo is het voor een Moslimman absoluut not done om over seksuele problemen te praten met een vrouw. In de verplichte hulpverlening na seksueel misbruik is dit een zeer groot probleem.

Hoewel het aanbod aan zelfstandige vrouwelijke seksuologische hulpverleners ook niet zo groot is, ook daar zijn er soms wachtlijsten, is er een grote nood aan mannelijke seksuologische hulpverleners.

Ook inzake sekseducatie stellen zich meer en meer problemen. De meeste leerkrachten zijn vrouwen en naast een gebrek aan mannelijke rolmodellen op school, is ook de seksuele opvoeding in scholen daardoor te vrouwelijk gekleurd. Als er al seksuele voorlichting wordt gegeven, is het vooral vanuit het standpunt van zwangerschap voorkomen, menstruatie, geslachtsziekten, seksueel geweld op meisjes, enz. Dat seks ook fijn en lustvol kan zijn voor jongens, komt amper aan bod. Moeders bereiden hun puberdochters thuis meestal wel voor op menstruatie, anticonceptie, enz. maar vaders die met hun opgroeiende zonen over seks en lust praten dat gebeurt zelden. Als jongeren op school dan ook nog de mannelijke kant van seks missen, is dat niet goed voor een gezonde seksuele ontwikkeling.

Leraressen geven jongens vaak alleen maar waarschuwingen mee. Tijdens lessen seksuele opvoeding worden mannen voorgesteld alsof ze allen potentiële verkrachters/pedofielen/loverboys zijn, dat ze alleen maar op harde seks uit zijn, dat alle mannen ontrouw zijn en dat ze geen intimiteit kennen.

Ook in de media worden steevast vrouwelijke seksuologen opgevoerd. Denk aan Goedele Liekens of Kaat Bollen of recent nog Els Elaut bij Café Corsari. Dat maakt mannen onzeker.

De voornaamste reden is dat er momenteel bijzonder weinig mannen zijn die studeren in seksuologische hulpverlening.

In Vlaanderen zijn er drie instituten waar men voor seksuoloog/seksuologisch hulpverlener kan studeren. De oudste is de opleiding Master Seksuologie bij KULeuven.

In academiejaar 2013-2014 waren er aan KULeuven 10 mannelijke studenten in tegenstelling tot 117 vrouwen. In de voorbereidende programma’s en de postgraduaten seksuologie was dat jaar de verhouding 3 mannen tov 25 vrouwen. In academiejaar 2014-2015 was het nog meer uitgesproken, namelijk respectievelijk 11 mannen tov 113 vrouwen in de masteropleiding en 3 mannen en 40 vrouwen in de voorbereidende en postacademische vorming. Een verhouding van nog geen 10%. Opvallend fenomeen is dat bijzonder weinig afgestudeerden zich vestigen als sekstherapeut.

Aan UGent is er momenteel een tweede cyclus bezig van de tweejarige postmaster opleiding seksuologie. In de eerste cyclus was er 1 (één) man en 8 vrouwen, in de tweede en huidige cyclus, 2 mannen en 10 vrouwen.

De éénjarige opleiding postgraduaat seksuologische hulpverlening van UCLL Diepenbeek (voorheen KHLim) is gestart in 2014 en richt zich in tegenstelling tot de twee vorige universitaire opleidingen ook op bachelors. In deze opleiding volgen momenteel 28 vrouwelijke studenten en 3 mannelijke studenten de opleiding. Ook amper 10% mannen dus.

Gerard Gielen : “Nu wil ik zeker vrouwelijke studenten niet afremmen om deze studies op universitair of posthogeschoolniveau aan te vatten. In deze tijden van toenemend seksueel grensoverschrijdend gedrag en vele hulpverleningsvragen inzake relationele en seksuele problemen, echtscheidingen, seks bij mensen met een handicap, bij ziekte, bij ouderen, enz. blijft de vraag naar zowel mannelijke als vrouwelijke seksuologische hulpverleners groot, maar er is momenteel toch een grote nood aan mannelijke kandidaten.

Gerard Gielen

 

 

klier

Bron www.hbvl.be

Delen